Investeren met publieke middelen in private activiteiten

De beleidsregel Investeren met publieke middelen in private activiteiten (hierna: ‘beleidsregel’) is in april 2021 gepubliceerd door het ministerie van OCW, en vervangt Thema 2 uit de notitie Helderheid. Sinds publicatie van de beleidsregel in 2021 wordt er voortdurend overleg gevoerd over zowel de toepassing als de interpretatie ervan door accountants, onderwijsinstellingen, het ministerie van OCW en koepelorganisaties. Definitiestelling van private activiteiten in de beleidsregel betreffen activiteiten die op meer gericht zijn dan de uitvoering van de bekostigde wettelijke taak van de instelling. De beoogde doelstelling van OCW is om met deze regelgeving de voorgaande regelgeving te verduidelijken en de transparantie inzake bestedingen van publieke middelen aan private activiteiten door hoger onderwijsinstellingen te verbeteren.

Het risicobeleid en beheer van de publiek-private activiteiten van de UT richt zich op het identificeren, evalueren en mitigeren van potentiële risico's die gepaard gaan met commerciële en niet-publieke activiteiten die niet sec voldoen aan het criterium van de bekostigde wettelijke taak. Dit beleid omvat maatregelen om financiële, juridische en reputatierisico's te minimaliseren, evenals de naleving van ethische standaarden en wettelijke vereisten. Door een gestructureerde aanpak van risicobeheer kan de UT haar publiek-private activiteiten efficiënt beheren, de impact van onvoorziene gebeurtenissen beperken en ervoor zorgen dat deze activiteiten bijdragen aan de strategische doelstellingen evenals dat de academische integriteit van de instelling behouden blijft. Hierbij wordt gebruik gemaakt van toetsing aan zowel intern als extern vastgestelde normen om risico’s in te schatten, regelmatige audits en een gedefinieerd kader voor besluitvorming en verantwoordingsplichten. In het algemeen geldt dat er bij alle hieronder genoemde activiteiten het risico bestaat dat investeringen in private activiteiten kunnen leiden tot het weglekken van publiek geld dat bedoeld is voor de bekostiging van de wettelijke taak. De UT maakt in beginsel gebruik van integrale kostprijs tarieven welke jaarlijks vastgesteld worden als onderdeel van de kaderstelling van de begroting, waarbij het uitgangspunt is dat deze tarieven kostendekkend zijn en een risico-opslag bevatten, of wordt er een marktconform tarief gehanteerd. Er wordt bewust van dit uitgangspunt afgeweken voor de onderdelen doorbelasting energie, waarbij geen risico-opslag in rekening gebracht wordt, en sport & cultuur. Daarnaast heeft de UT een beleidsplan ‘investeren met publieke middelen in private activiteiten’ ontwikkeld. Dit beleidsplan is in 2025 definitief vastgesteld en beschrijft de randvoorwaarden en richtlijnen voor dergelijke investeringen, met als doel om een verantwoorde en transparante inzet van publieke middelen binnen de organisatie te borgen. Het beleid is voorts onderhevig aan continue interne evaluatie. De juridische en organisatorische inbedding van de activiteiten wordt hieronder per activiteit toegelicht. De verantwoordelijkheden voor deze activiteiten zijn op dezelfde manier binnen de organisatie belegd als de juridische en organisatorische inbedding.

Het identificeren van de betreffende activiteiten is opgezet vanuit een zo breed mogelijk perspectief. Na identificatie van de activiteiten zijn deze middels interne afstemming geverifieerd en uiteindelijk heeft de UT een rondrekening gemaakt vanuit de financiële verantwoording om de volledigheid van de geïdentificeerde activiteiten in dit jaarverslag te waarborgen. De UT geeft uitvoering aan de volgende publiek-private activiteiten:

  • Leven Lang Ontwikkelen

  • Contractonderzoek

  • Sport & cultuur

  • Doorbelasting energie, verhuur en onderhoud t.b.v. derden

  • Strategische infrastructuur – Nano en TechMed

  • Detachering personeel

  • Niet-bekostigd onderwijs

Leven Lang Ontwikkelen

De UT biedt naast regulier bekostigd en niet-bekostigd onderwijs tevens ‘Leven Lang Ontwikkelen’ onderwijs aan. Dit is een vorm van (permanente) educatie voor beroepsprofessionals en andere geïnteresseerden welke na het volgen van hun reguliere opleiding(en) door willen blijven leren in hun vakgebied. Het is onze missie om een duurzaam en concurrerend programma voor leven lang ontwikkelen te ontplooien en onderhouden. Daarmee is LLO een kernactiviteit van de UT en vormt het een integraal onderdeel van onderwijs, onderzoek en valorisatie. De juridische en organisatorische inbedding van Leven Lang Ontwikkelen activiteiten is, op eenzelfde wijze als het reguliere onderwijs, binnen alle faculteiten van de organisatie geborgd. Uitgangspunt is dat deze intrinsieke waarde voor de UT hebben, op basis van beschikbare expertise en capaciteit aangeboden worden en dat er integrale kostprijs toegepast wordt. De totale omvang van de baten in 2024 bedroeg M€ 2,60, de geïnvesteerde publieke middelen M€ 1,96 en het resultaat M€ 0,64.

Contractonderzoek

Door de UT wordt naast publiek bekostigd onderzoek tevens onderzoek gedaan voor, of in samenwerking met, private partijen. Deze onderzoeksactiviteiten liggen in het verlengde van de wettelijk bekostigde onderzoekstaak van de instelling en zijn tevens maatschappelijk gezien van groot belang. De juridische en organisatorische inbedding van deze vorm van onderzoekssamenwerking is belegd binnen alle faculteiten van de UT. Het beleid van de UT is om deze activiteiten tegen kostendekkende of marktconforme tarieven in rekening te brengen. De onderzoeksprojecten die binnen de UT uitgevoerd worden bestaan grotendeels uit publieke activiteiten die uitgevoerd worden ten behoeve van de bekostigde wettelijke taak. Dit betreffen onderzoeks- en valorisatieprojecten die uitgevoerd worden voor o.a. TKI, NWO en overheden. Een beperkt deel van onze onderzoeken wordt niet gesubsidieerd, dit betreft contractonderzoek. Deze vorm van onderzoekssamenwerking geschiedt binnen alle faculteiten van de UT. De opbrengsten aangaande publiek-privaat contractonderzoek bedroegen in 2024 M€ 15,28, de omvang van de geïnvesteerde publieke middelen M€ 18,00 en het resultaat - M€ 2,72. Ten aanzien van contractonderzoek brengt de UT in principe minimaal de integrale kosten in rekening. Bij projecten waarbij sprake is van daadwerkelijke samenwerking kan, als onderdeel cq. uitkomst van onderhandeling, daarvan af worden geweken. Uitgangspunt hierbij is onder andere dat de hoogte van de bijdrage van een derde partij samenhangt met (het aandeel in) de rechten van die derde op het IP dat wordt gegenereerd binnen het betreffende project. 

Sport & Cultuur

De multifunctionele sport- en cultuurvoorzieningen van de UT, welke onlosmakelijk verbonden zijn met onze campus in Enschede, zijn in het verlengde van de wettelijk bekostigde taak. Deze zijn primair gericht op de studenten die aan het bekostigd onderwijs deelnemen evenals UT-medewerkers, en zorgen voor een uniek onderwijs- en onderzoeksklimaat.  De juridische en organisatorische inbedding van de culturele activiteiten en het sportcentrum valt onder de dienst Campus & Facility Management van de UT. De opbrengsten uit de sport en cultuuractiviteiten bedroegen in 2024 M€ 2,27, de geïnvesteerde publieke middelen M€ 2,84 en het resultaat - M€ 0,57. In het beleid aangaande sport en cultuur is aandacht voor de betaalbaarheid van deze activiteiten voor studenten. Studenten en medewerkers van de UT kunnen tegen een geringe prijs gebruik maken van de voorzieningen en deelnemen aan deze activiteiten. Hierdoor wordt er ruimte geboden voor persoonlijke ontwikkeling en een bijdrage geleverd aan hun mentale en fysieke gezondheid en het welzijn.

Doorbelasting energie, verhuur en onderhoud t.b.v. derden

Op de campus van de UT zijn meerdere panden van derden gesitueerd. Het terrein is in deze gevallen eigendom van de UT, maar het vastgoed dat erop gevestigd is niet. Op de campus is echter wel één integraal energienetwerk afgesloten waarvan de UT hoofdcontracthouder bij de energieleveranciers is. De energieconsumptie ten aanzien van derden op campus wordt derhalve ook één-op-één doorbelast. Gezien de beschikbare infrastructuur is dit een onontkomelijke taak van de organisatie waarbij het uitgangspunt is om werkelijke energietarieven door te berekenen aan derden.
Naast doorbelasting van energie vindt er verhuur van vrijstaande ruimtes op de campus plaats. Veelal zijn dit partijen die de functionaliteit van de universiteitscampus ondersteunen zoals spin-offs, studentenverenigingen, campusfaciliteiten etc. Meerwaarde van deze activiteiten ziet toe op de aantrekkelijkheid van de campus voor studenten en onderzoekers.

Deze verhuur betreft overigens geen verhuur van studentenwoningen, dat doet een externe woningcoöperatie. Verder is er sprake van onderhoud voor derden voor panden gevestigd op de campus van de UT. Het onderhoud aan deze panden is onderhevig aan het onderhoudscontract van de UT, en de lasten aangaande dit onderhoud worden één-op-één doorbelast aan derde partijen. Deze activiteiten van doorbelasting energie, verhuur en onderhoud ten behoeve van derden vinden allen plaats binnen de dienst Campus & Facility Management van de UT waar tevens het risicobeheer en beleid op de activiteiten belegd is. De totale omvang van de baten voor deze activiteiten in 2024 bedroeg M€ 4,70, de omvang van de publiek geïnvesteerde middelen M€ 3,53 en het resultaat M€ 1,17.

Strategische infrastructuur – Nano en TechMed

De UT kent twee strategische infrastructuur faciliteiten: het Nanolab en het TechMed centre. Deze twee faculteit overschrijdende faciliteiten hebben een unieke positie binnen Nederland en vallen onder de nationale grootschalige wetenschappelijke infrastructuur.

Het Nanolab van de UT is een essentiële unieke nationale faciliteit op het gebied van baanbrekend onderzoek. In dit lab vindt onderzoek en analyse op nano niveau plaats. De doelstelling van het Nanolab is om bij te dragen aan een duurzame toekomst. Baanbrekend onderzoek op nanoschaal draagt bij aan oplossingen voor actuele maatschappelijke uitdagingen. Onderzoekers bouwen hier aan materialen en componenten die duurzame en onverwachte oplossingen beiden voor veel van deze uitdagingen. Toptalent krijgt hier de mogelijkheid en infrastructuur die hen in staat stelt om te floreren. De activiteiten die plaatsvinden aangaande het Nanolab hebben een duidelijke meerwaarde ten aanzien van de bekostigde wettelijke taak daar dit aantrekkingskracht heeft op onderzoekers en studenten. Deze activiteit vindt zijn inbedding binnen de faculteit EEMCS van de UT.

Naast dat dit laboratorium gebruikt wordt voor gesubsidieerd onderzoek vinden er ook (publiek-)private onderzoeksactiviteiten plaats. Deze vinden enkel plaats voor zover er capaciteit in het laboratorium beschikbaar is waarbij het beleid is dat er minimaal kostendekkende en marktconforme tarieven in rekening gebracht worden. Het beleid van de UT inzake deze activiteit is om kostendekkende tarieven te hanteren. Op jaarbasis worden tarieven vastgesteld en gecontroleerd door de accountant. De vereisten vanuit de subsidieverstrekker aangaande het Nanolab is tevens dat er kostendekkendheid nagestreefd wordt en dat er geen winstoogmerk op deze activiteit plaatsvindt.

Het TechMed centre omvat onder andere nationale unieke voorzieningen met betrekking tot imaging technologie en bio-engineering labs welke essentieel zijn voor de uitvoering van de wettelijke taakstelling op het gebied van wetenschappelijk Onderwijs en Onderzoek binnen het domein van de Gezondheidszorg en Medische Technologie. Het uitgangspunt is om deze waar mogelijk in te zetten voor zowel onderwijs, onderzoek en innovatie (kennisvalorisatie) en daarmee in te zetten op ‘Stimulated Serendipity’ waarbij de infrastructuur diverse doelgroepen bij elkaar brengt en interactie stimuleert. Door deze unieke labs wordt de aantrekkingskracht van talent (onderzoekers en studenten), samenwerkingspartners en middelen vergroot en wordt actief ingezet op het verbinden met de vraagstukken in de buitenwereld.

Het beheer van de faciliteiten is belegd bij het TechMed Centre instituut, en valt onder de bestuurlijke verantwoordelijkheid van de faculteit TNW. De overcapaciteit van de infrastructuur wordt ingezet voor private activiteiten zoals het opleiden van zorgprofessionals en het gebruik door derden zoals zorginstellingen en bedrijven. Op deze wijze wordt er maatschappelijke meerwaarde geleverd welke in het verlengde ligt van de bekostigde wettelijke taak. Er wordt een kostendekkend danwel marktconform tarief in rekening gebracht voor zowel het gebruik van de labs, als de eventuele inzet van ondersteunend personeel en benodigde verbruiksmaterialen.

De totale omvang aan baten bedroeg in 2024 M€ 3,11, de totale geïnvesteerde publieke middelen M€ 3,35 en het resultaat op deze activiteit bedroeg - M€ 0,24.

Detachering personeel

Op incidentele basis detacheert de UT personeel aan andere instellingen of organisaties. De baten uit detachering bedroegen in 2024 M€ 4,35, de totaal geïnvesteerde publieke middelen bedroegen M€ 4,40 en het resultaat op deze activiteit bedroeg - M€ 0,05. De juridische en organisatorische inbedding van deze actitviteit is belegd binnen alle faculteiten en diensten van de UT. Personeel doet hiermee kennis en ervaring op welke ingezet kan worden bij uitvoering van de bekostigde wettelijke taak. Hiervoor wordt een marktconform tarief gehanteerd.

Niet-bekostigd onderwijs

Naast Leven Lang Ontwikkelen activiteiten kent de UT ook andere vormen van niet-bekostigd onderwijs. Hierbij valt te denken aan bijvoorbeeld pre-master opleidingen of het Twente Pathway College. Deze vormen van niet-bekostigd onderwijs liggen in het verlengde van de bekostigde wettelijke taak aangezien zij de toegankelijkheid van het bekostigde onderwijs bevorderen. De juridische en organisatorische inbedding van dit onderwijs geschiedt binnen alle faculteiten van de UT. De totale omvang van de baten bedroeg in 2024 M€ 0,55, de omvang van de publieke geïnvesteerde middelen M€ 0,52 en het resultaat M€ 0,03. Het interne beleid aangaande deze activiteit is dat er minimaal kostendekkende tarieven gehanteerd dienen te worden.

Soort activiteit - (in M€)

Baten 2024

Geïnvesteerde publieke middelen 2024

Saldo 2024

Cumulatief geïnvesteerde publieke middelen (2023 + 2024)

Leven Lang Ontwikkelen

2,60

1,96

0,64

3,48

Contractonderzoek

15,28

18,00

-2,72

45,71

Sport & cultuur

2,27

2,84

-0,57

5,05

Doorbelasting Energie, verhuur en onderhoud t.b.v. derden

4,70

3,53

1,17

7,05

Strategische infrastructuur

3,11

3,35

-0,24

7,06

Detachering personeel

4,35

4,40

-0,05

9,25

Niet bekostigd onderwijs

0,55

0,52

0,03

1,65

Universiteit Twente Holding

Universiteit Twente Holding (UTH) is een 100% dochteronderneming van de Universiteit Twente en stelt zichzelf een missie tot het genereren van economische en maatschappelijke impact, en oefent daarmee valorisatie activiteiten uit. Vanuit deze drijfveer levert UTH een positieve bijdrage aan het ontstaan en versterken van een stevig fundament voor de (snellere) groei van innovatieve bedrijven die zijn ontstaan vanuit kennis en technologie die ontwikkeld zijn aan de UT. In 1985 is deze entiteit opgericht uit enkel private middelen. Er vinden dus geen investeringen met publieke middelen plaats in deze entiteit, daar het een afgezonderd privaat eigen vermogen heeft aangezien het een separate juridische entiteit betreft. De totale omvang van de baten van de UTH bedroegen in 2024 M€ 12,57, de totale geïnvesteerde private middelen M€ 12,38 en het resultaat M€ 0,20. De resultaten van UTH komen ten gunste van de private reserves van UTH.

Alle bovengenoemde activiteiten zijn juridisch ingebed in de Universiteit Twente en vallen organisatorisch onder één of meerdere faculteit(en) of dienst(en) zoals beschreven bij de betreffende activiteit. Uitzondering hierop betreft de Universiteit Twente Holding. Dit betreft juridisch gezien een separate entiteit met een privaat eigen vermogen. Deze activiteit is opgenomen in dit overzicht daar het een 100%‑dochteronderneming van de UT betreft.